Extra geld voor museumbezoek

26 jun 2018 — Het budget per leerling voor museumbezoek wordt met ingang van het schooljaar 2018-2019 € 3 verhoogd. Hierdoor kan iedere basisschoolleerling minimaal één keer in zijn schooltijd naar een museum gaan.

Rijksmuseum

In het regeerakkoord is vastgelegd dat alle kinderen tijdens hun schooltijd het Rijksmuseum moeten kunnen bezoeken. Later besloot minister Van Engelshoven van OCW dat scholen ook naar een ander museum mogen gaan. Voor 2018 is een bedrag van 2,1 miljoen euro beschikbaar gesteld waarvan 1,9 miljoen euro direct naar de scholen gaat. Vanaf 2019 is dit 4,5 miljoen euro.

Het bedrag wordt toegevoegd aan de prestatiebox (bijzondere bekostiging) voor het primair onderwijs. Op dit moment is een budget van € 11,87 per leerling gelabeld voor de doelen van Cultuureducatie met Kwaliteit. Met ingang van schooljaar 2018-2019 wordt dit opgehoogd met € 3 per leerling.

Basisscholen kunnen met de extra middelen uit de prestatiebox het museumbezoek bekostigen, zowel het vervoer als de rondleiding/educatieve activiteit. Daarmee wordt een (financiële) drempel weggehaald. Schoolbesturen zijn vrij om zelf te beslissen waaraan zij het geld uit de prestatiebox besteden: aan cultuureducatie, taal en rekenen, wetenschap en techniek, talentontwikkeling en/of professionalisering van leraren en schoolleiders. Ze zijn wel verplicht om in het jaarverslag en in de jaarrekening te vermelden waaraan zij het geld hebben uitgegeven.

Aangezien het Rijksmuseum expliciet vermeld staat in het regeerakkoord, wordt verwacht dat veel scholen kiezen voor een trip naar de hoofdstad. Het Rijksmuseum krijgt dit jaar nog € 200.000 om meer basisschoolleerlingen te verwelkomen. Vanaf volgend jaar stijgt dat naar € 400.000. Deze extra middelen worden aan de BIS-subsidie toegevoegd voor de looptijd van de huidige subsidieperiode (2017-2020).

Naar nieuwsoverzicht